De vraag hoe het met je gaat, kan ingewikkeld zijn als je ziek bent. Confronterend; dat het niet goed gaat. Je weet niet in hoeverre je eerlijk moet antwoorden. Wat je kwijt wil – en waarvoor de ander open staat. Want misschien maakt een ander antwoord dan ‘goed’, hem wel onzeker.
Ik wilde die vraag niet
In de periode rond mijn diagnose was ik depressief. Ik voelde mij elke dag slecht. Ik zag alles negatief. Ik wilde niet meer. Ik woonde drie maanden bij mijn vader. Elke ochtend als ik beneden kwam na een nacht vol gepieker, vroeg mijn vader ‘hoe gaat het?’
Waaraan hij vooraf liet gaan: ‘Goedemorgen!’
Hoezo, een ‘goede morgen’? Voor jóu misschien ja.
En hoe het met me gaat? Wat denk je? Ik heb nog steeds deze ziekte en die gaat nooit meer over. Er is sinds gisteren niks veranderd. Mijn leven is dus nog steeds zwart. Ik weet niet eens of ik genoeg energie heb om een kop koffie te drinken. Gaat super!
Hoe kun je dit toch zeggen allemaal. Doe niet zo gemeen.
Dat dacht ik dan. En soms zei ik het ook.
Goede intenties
Ik weet het, en wist het toen ook al wel, hoor, als ik even nadacht. Hij bedoelde het goed. En eigenlijk is dat natuurlijk veel waard.
Zeker als iemand met deze vraag oprecht interesse in je toont, en het antwoord echt wil weten. Het juist fijn vindt als je vertelt dat het slecht gaat, en waarom.
Maar dat ‘nadenken’ en begrip hebben voor het inlevingsvermogen van anderen, kan in nare periodes wel eens teveel gevraagd zijn.
Vaak bedoeld zonder betekenis
Ik weet het, ‘hoe gaat het’ is voor de meesten vooral een gespreksopener, zonder veel betekenis. Je ‘hoort’ eigenlijk niet na te denken over je antwoord, en simpelweg ‘goed’, of ‘prima’, of iets vergelijkbaars te zeggen. ‘En met jou?’
Dat leerde ik overigens pas later in mijn leven. Toen ik mijn eerste fulltime baan kreeg, vertelde een collega mij dat mijn eigen manier van antwoorden, niet altijd gepast was. Ik was gewend om simpelweg écht te vertellen hoe het met me ging. Hoe voelde ik me vandaag? Lichamelijk, emotioneel? Waar stond ik in mijn leven? Zij zei dat mensen dat helemaal niet willen weten.
‘Hoe gaat het’ krijgt meer betekenis als het slecht gaat
Nu ben ik niet zo van ‘wat hoort’. En houd ik meer van directheid en eenvoud, dan van dubbele betekenissen. Dus als iemand vraagt hoe het gaat, dan zal ik altijd geneigd blijven om daarop simpelweg een eerlijk antwoord te geven. Anders vind ik het gesprek zo waardeloos. Als je al niet eens elkaar vertelt hoe het gaat, hoe kort ook, dan kun je beter die hele vraag weglaten. Dan kies ik toch liever voor íets meer verbinding.
Ik denk dat de vraag voor mensen met wie het even níet goed gaat, ingewikkeld kan zijn. Dat je minder automatisch ‘prima’ zegt. Omdat je beseft dat dit een leugen zou zijn.
Persoonlijk vind ik het in principe fijn als mensen willen weten hoe het met mij gaat, en ernaar vragen. Het toont dat ze me er voldoende voor waarderen als persoon om erin geïnteresseerd te zijn.
Maar, ik zit er niet altijd op te wachten om op elk moment van de dag, aan iedereen, zomaar te vertellen hoe het nu echt met mij gaat. Zo’n gesprek kan ik zwaar vinden. Kan meer emoties raken. Meer energie kosten. Mijn gedachten op onderwerpen brengen die ik liever even laat rusten, omdat ze anders weer gaan spoken. Zeker als er feitelijk nare dingen aan het gebeuren zijn rond mijn gezondheid.
Hoe diep mijn band met de vraagsteller is, maakt hierbij uit. Bij een oppervlakkige connectie kan ‘hoe het staat in mijn lichaam’ best een persoonlijke vraag zijn om meteen bij die openingsvraag op in te gaan.
Ik vind hem te algemeen, denk ik. Als je net uit het ziekenhuis komt en je diagnose hebt gehad, of aan het herstellen bent van een zware operatie, dan voelt de vraag ‘hoe gaat het’ voor mij denk ik teveel als inkoppertje. Slecht. Wat denk je zelf.
Soms ook te persoonlijk. Als je als gespreksopener vraagt naar iemands hond of cijfers in de studie, is dat iets anders dan wanneer je vraagt naar de uitslag van de hersenscan.
Vragen mag; maar ook antwoorden staat vrij
De vraagsteller bedoelt het over het algemeen goed. Een voor hem onschuldige openingszin, of persoonlijke interesse. Dat ik er moeite mee kan hebben, ligt in mijzelf. In mijn bui, mijn energie. Ik neem de vraag die ander niet kwalijk en kan die zelfs waarderen op een bepaalde manier.
En ik heb geleerd dat ik zelf mag beslissen in hoeverre ik open antwoord. Vroeger dacht ik dat ik echt hoorde te zeggen hoe het ging. En dat ik alles moest vertellen wat die ander wilde weten. Tegenwoordig weet ik dat ik grenzen mag hebben. Dat ík beslis wat ik wil delen.
Niet meer automatisch beschrijf ik hoe het met mij gaat, of zeg ik snel ‘prima hoor, en met jou?. Ik herken de vraag. Haal adem. En voel wat ik kwijt wil.
Ik neem tijd om te antwoorden, op basis van wat ik wil vertellen. Hierbij luister ik naar mijn gevoel.
Tips om te antwoorden
– Word ik blij van deze vraag?
– Voel ik weerstand?
– Ben ik al moe nu ik het hoor?
– Wat is onze band?
– Hoe oprecht is deze vraag?
– Wat waren mijn eerdere ervaringen met de persoon? Hoe reageerde hij, vond ik dat fijn? Had ik iets aan zijn reactie?
– Is hij er voor me geweest?
– Vertelt hij ook over zichzelf?
– Hebben we tijd?
– Heb ik zin? Om te vertellen, en in mijn gevoelens te duiken?
– Zeker als het niet lekker gaat: heb ik zin om daarover te praten, is dat zelfs juist fijn? Of heb ik even meer behoefte aan positiviteit?
– Hoeveel energie heb ik om te vertellen?
Het gaat allemaal in minder dan een seconde door mijn hoofd, hoor. Maar het speelt wél. Ik ga meer bij mezelf te rade wat ik wil vertellen. Die ene ademhaling die mij de tijd geeft hiervoor, neem ik bewust.
Tip voor de vraagsteller
Zie je wat een ‘onschuldige’ vraag voor denk(-/voel)processen in gang kan zetten?
Iemand die ziek is kan het vaak juist waarderen als wordt gevraagd hoe het gaat. Dat het níet gevraagd wordt, kan pijnlijker zijn dan als het wel gevraagd wordt, maar antwoorden lastig is of ongewenst.
Bereid je voor op elk antwoord, ook ‘slecht’, of ‘ik wil het er liever niet over hebben’. Dat is niet persoonlijk naar jou bedoeld; en al helemaal niet ‘verwijtend’, ‘beledigend’ of ‘aanvallend’. Respecteer de vrijheid van de ander om te vertellen wat diegene wil.
Besef dat het niet voor zich spreekt als de ander zich zo openstelt, dat diegene vertelt hoe het nu écht gaat. Dat zegt iets positiefs over jullie connectie.
Concreet kun je met ‘hoe gaat het’ je interesse tonen. Gaat het niet goed, maar wil die ander niet praten, dan kun je medeleven tonen (‘wat naar zeg’), en aangeven dat diegene ook later welkom is om met je te delen, maar dat hij hierin vrij is. Het is ook altijd welkom om te zeggen dat je niet weet hoe je moet reageren.
Als je weet dat het niet per se goed gaat met je gesprekspartner, dan zou ík je aanraden om alleen te vragen hoe het gaat als oprecht geïnteresseerd bent in het antwoord. Als je zelf de ruimte hebt voor eventuele pijn die wordt uitgesproken. Voor iemand die zich zo openstelt dat diegene vertelt dat het niet goed gaat, kan het pijnlijk zijn om zich vervolgens afgewezen te voelen.
Heb je geen zin in een dieper of negatiever antwoord dan ‘prima hoor’, dan zou ik gewoon niet die vraag stellen. Begin dan het gesprek met ‘hee, mooi weer vandaag!’, of zo.
Misschien ook interessant: